WODC staat voor de kwaliteit van haar onderzoeken en voor haar onafhankelijkheid

Wetenschappelijk beleidsonderzoek, ook wanneer dat wordt uitgevoerd door of onder de verantwoordelijkheid van het WODC, kan niet plaatsvinden zonder dialoog tussen beleid, bestuur en onderzoek.

Die dialoog hoort te gaan over wat onderzocht wordt en niet over hoe en door wie het onderzoek verricht wordt. Inmenging in conclusies is eveneens uit den boze. Die uitgangspunten zijn te lezen in het Protocol dat tussen het WODC en de Ministerie van J en V is opgesteld. Bij het WODC zijn verschillende checks & balances ingebouwd om beleidsbeïnvloeding bij de keuze voor onderzoekers en de methoden, bevindingen en conclusies te voorkomen. Waar dit wel gebeurt, is dit onwenselijk.

Het WODC is hier alert op, iets dat onderstreept wordt in het rapport van de Visitatiecommissie 2014.

“Het WODC kenmerkt zich als zelfstandige onafhankelijke onderzoeksafdeling binnen het ministerie van Veiligheid en Justitie. Deze positionering is per definitie spanningsvol. Het instituut heeft immers steeds te opereren op het snijvlak tussen binnen (expliciet onderdeel van het ministerie, wat bepalend is voor de programmering) en buiten (expliciet onafhankelijk van het ministerie, wat bepalend is in de werkwijze); tussen wetenschap (voor wat betreft de kwaliteit van onderzoeken) en beleid (voor wat betreft de bruikbaarheid van onderzoeken). Ondanks de spanning die de positionering onherroepelijk in zich draagt, wordt de onafhankelijkheid van het WODC door vrijwel alle gesprekspartners erkend en is de relatie tussen het WODC en het ministerie van Veiligheid en Justitie goed. Datzelfde geldt voor de relaties die het WODC met (keten)partners onderhoudt. Naar de mening van de commissie biedt de huidige positionering ook op termijn de meeste mogelijkheden om beleid en onderzoek betekenisvol met elkaar te verbinden”.

Het WODC staat voor de kwaliteit van haar onderzoeken en voor haar onafhankelijkheid. De directeur van het WODC is inhoudelijk en wetenschappelijk eindverantwoordelijk voor de inhoud van de rapporten van onderzoeken die door het instituut zelf worden uitgevoerd.