Theoretische basis voor wijkrechtspraak onderzocht

Welke doelen wil de Rechtspraak bereiken met wijkrechtspraak? Hoe wil ze die doelen bereiken en klopt dat met inzichten uit wetenschappelijk onderzoek? In de planevaluatie wijkrechtspraak brachten de Universiteit Utrecht en Universiteit Leiden dat in kaart, in opdracht van het WODC. Daaruit blijkt dat wijkrechtspraak een groot aantal doelstellingen wil bereiken voor zowel individuen als voor de wijk en de samenleving. In de wetenschappelijke literatuur zijn aanknopingspunten gevonden voor de veronderstellingen die ten grondslag liggen aan die doelstellingen. Daarbij gaat het wel vooral om theoretische inzichten en ontbreekt veelal empirisch bewijs.

Met wijkrechtspraakprojecten in Eindhoven, Rotterdam, Amsterdam, Tilburg en Den Haag wil de Rechtspraak uiteenlopende, meervoudige problemen (multiproblematiek) van mensen in bepaalde wijken helpen oplossen. Dit om te voorkomen dat mensen vaker strafbare feiten plegen of dat ze afglijden in de zwaardere criminaliteit. Het doel is dat daarmee vervolgens ook de veiligheid, de leefbaarheid en het maatschappelijk welzijn in die wijken verbetert. En dat zou weer tot meer vertrouwen in de rechtspraak dienen te leiden.

Verschillen met gewone rechtspraak

De wijkrechtspraakzaken gaan vooral over strafbare feiten, schulden en schoolverzuim. Juridisch gezien is er geen verschil met gewone rechtspraak. Wat anders is, is allereerst de locatie waar de zitting wordt gehouden. De zichtbare en laagdrempelige plek in de wijk, zoals een buurthuis of wijkcentrum, helpt de drempel te verlagen om naar de zitting te komen.
Daarnaast is er sprake van een betere samenwerking met hulpverleners en ketenpartners, bijvoorbeeld de gemeente, de politie, de reclassering en de advocatuur. Daardoor weet de rechter meer over wat er bij de betrokkene speelt en wat er aan interventies mogelijk en wenselijk is. Zo kunnen de verschillende problemen van degene die voor de wijkrechter moet verschijnen sneller en tegelijk worden aangepakt.
Een ander verschil is de laagdrempelige en uitnodigende manier van communiceren tijdens een zitting. Daarmee wordt de betrokkene gestimuleerd om meer informatie te geven en gemotiveerd om mee te werken aan een oplossing. Tot slot is de rechter, meer dan in de reguliere rechtspraak, actief op zoek naar oplossingen die kunnen bijdragen aan een gedragsverandering van de betrokkene en aan de verbetering van diens leefsituatie. Voor de zitting in wijkrechtspraakzaken wordt daarom ook meer tijd uitgetrokken.

Werkzame mechanismen getoetst

De onderzoekers onderscheiden zes mechanismen waarvan wordt verondersteld dat ze bijdragen aan de werking van wijkrechtspraak:

  1. beter toegankelijke en zichtbare wijkrechtspraak
  2. samenwerkingsafspraken
  3. aanwezigheid van hulpverlening/reclassering tijdens de zitting
  4. persoonsgerichte behandeling tijdens de zitting
  5. een beter geïnformeerde beslissing en daardoor minder recidive en minder multiproblematiek
  6. een groter gevoel van veiligheid en vertrouwen in de rechtspraak/overheid door een grotere veiligheidsbeleving.

Voor de meeste mechanismen kunnen de onderzoekers aanknopingspunten vinden in de wetenschappelijke literatuur. Het gaat dan wel vooral om theoretische inzichten. In veel gevallen ontbreekt een empirische onderbouwing. Bovendien gaan veel studies over de in de Verenigde Staten al langer bestaande community courts. Deze community courts zijn een belangrijke bron van inspiratie geweest voor de wijkrechtspraakprojecten in Nederland. Maar gelet op de verschillen in de rechts- en sanctiecultuur, en in de inrichting van de sociale en maatschappelijke hulpverlening, kunnen de resultaten van die evaluatiestudies niet een-op-een op de Nederlandse context worden gelegd.

2025-2026: ervaringen en effecten wijkrechtspraak evalueren

In dit onderzoek is alleen bekeken of de theoretische basis onder wijkrechtspraak consistent en logisch is en ondersteund wordt door de wetenschappelijke literatuur. Of de doelen, zoals multiproblematiek verminderen, de veiligheid in wijken verbeteren en het vertrouwen in de rechtspraak vergroten, daadwerkelijk worden behaald moet blijken uit de nog volgende evaluaties. Daarbij richt de procesevaluatie zich op de vraag: hoe wordt wijkrechtspraak uitgevoerd en welke praktijkervaringen hebben betrokkenen? Tot slot wordt in de effectevaluatie onderzocht wat de (langdurige) effecten en werkzame elementen zijn van wijkrechtspraak voor de individuele betrokkene en voor de buurt.