Naar aanleiding van een opiniestuk in het NRC (21 juni 2019) uitten Kamerleden hun twijfels over het klachtrecht. Ze vroegen zich af of er sprake is van klagers die buitensporig veel gebruikmaken van hun juridische mogelijkheden naar aanleiding van pro Justitia-onderzoeken. De minister voor Rechtsbescherming vroeg daarom het WODC te laten onderzoeken hoe groot het aantal notoire klagers is. De DSP-groep voerde dit onderzoek uit en zij concludeerde dat notoir klachtgedrag nauwelijks voorkomt. Het is zaak dit duidelijk te maken aan pro Justitia-rapporteurs, omdat het onjuiste beeld over klachtgedrag invloed heeft op hun bereidheid hun werk voort te zetten.
Notoir klachtgedrag bij pro Justitia-onderzoek komt nauwelijks voor