Focusgroepen kunnen relevante bijdrage leveren aan de Monitor Jeugdcriminaliteit
Tijdens focusgroepen praten deelnemers niet alleen met een gespreksleider, maar ook met elkaar over een specifiek onderwerp. Focusgroepen zijn met name geschikt om meningen, waarden en overtuigingen in de dagelijkse praktijk te onderzoeken. Ook kunnen ze indicaties opleveren over mogelijke ontwikkelingen en input opleveren voor vervolgonderzoek. Daarom kunnen focusgroepen een relevante bijdrage leveren aan de Monitor Jeugdcriminaliteit, vooral voor het duiden van ontwikkelingen en het beschrijven van fenomenen.
Dit is de hoofdconclusie uit een methodologisch verdiepingsonderzoek voor de Monitor Jeugdcriminaliteit 2022-2024. Deze monitor is een terugkerende publicatie van het WODC over de ontwikkelingen in de jeugdcriminaliteit in Nederland (en daarbuiten). Het is van belang om zicht te houden op ontwikkelingen in de jeugdcriminaliteit door middel van een aanpak waarin meerdere typen bronnen en methoden worden gebruikt, zoals gebeurt in de Monitor Jeugdcriminaliteit. Daarmee kan men passend beleid voeren.
Aanpak focusgroepen
Online focusgroepen zijn gemakkelijker te organiseren, vooral als de deelnemers verspreid uit het land komen. Ze leveren echter minder interactie en betrokkenheid op en daarmee minder diepgang. Een ander aandachtspunt is het aantal onderwerpen dat behandeld wordt. Als dat aantal te groot is, kan er onvoldoende doorgevraagd worden om een goed beeld te krijgen van de praktijk. Focusgroepen die fysiek plaatsvinden en gericht zijn op een gerichte onderzoeksvraag hebben daarom de voorkeur.
Waarvoor geen focusgroepen inzetten?
Voor het doen van uitspraken over (algemene) ontwikkelingen in de jeugdcriminaliteit zijn focusgroepen minder geschikt. Ook kunnen focusgroepen beter niet worden ingezet voor het achterhalen van feitelijke veranderingen of ontwikkelingen over de tijd. Respondenten geven vaak een selectieve weergave van de realiteit.