Anti-institutioneel extremisme in NL en handelingsperspectieven ter vergroting maatschappelijke weerbaarheid
Projectnummer | 3522 |
---|---|
Type | Extern onderzoek |
Betrokken organisatie(s) | Verwey-Jonker Instituut |
Samenvatting
In de afgelopen jaren is er de nodige maatschappelijke kritiek geleverd op de rijksoverheid of andere democratische instituties, onder andere op de beleidsvoering rondom de COVID-19 pandemie, de afhandeling van de aardbevingsschade in Groningen en de toeslagenaffaire. Deze kritiek gaat gepaard met een verminderd vertrouwen in de Nederlandse instituties. Mede gevoed door complottheorieën, kan dit leiden tot een toename van anti-institutionele gevoelens en bewegingen en in uiterste vorm tot radicalisering richting (gewelddadig) anti-institutioneel extremisme. Er is momenteel slechts beperkt informatie beschikbaar over de kenmerken van de anti-institutionele bewegingen die in Nederland actief zijn en van de aanhangers van deze bewegingen. Dit onderzoek probeert deze leemten in te vullen. Ook wordt nagegaan in hoeverre en onder welke omstandigheden er in Nederlandse anti-institutionele bewegingen bereidheid bestaat tot het plegen van geweld. Het onderzoek moet uitvoerbare handelingsperspectieven opleveren ter vergroting van de individuele en maatschappelijke weerbaarheid tegen de eventuele bedreigingen vanuit de anti-institutionele bewegingen.
Dit onderzoek is gerelateerd aan een ander onderzoek over anti-institutioneel extremisme: projectnr. 3521 Inzicht in het ‘kwaadaardige elite’-narratief.