Onderzoek alcohol na rijden onder invloed gaat samen met minder recidive
Wanneer iemand is aangehouden voor rijden onder invloed van alcohol is de zwaarste maatregel die kan worden opgelegd het onderzoek alcohol. Daarmee wordt vastgesteld of er sprake is van problematisch alcoholgebruik. Als dit het geval is wordt het rijbewijs ongeldig verklaard. Als dit niet het geval is moet de betrokkene een cursus volgen over alcohol en verkeer (EMA-cursus). Uit onderzoek van het WODC blijkt dat het onderzoek alcohol en de maatregelen die daarop volgen een bijdrage leveren aan het voorkomen dat mensen opnieuw rijden onder invloed.
Het onderzoek alcohol bestaat uit een psychiatrisch, een lichamelijk en een bloedonderzoek naar de rijgeschiktheid in verband met het rijden onder invloed van alcohol. Een arts of psychiater beoordeelt of bij de betrokkene sprake is van problematisch alcoholgebruik en of het veilig is dat de persoon een rijbewijs heeft en deelneemt aan het verkeer. De kosten voor de oplegging en de uitvoering van het onderzoek alcohol zijn voor de deelnemer. Het opleggen van de maatregelen vindt plaats naast de reguliere strafrechtelijke afhandeling van het rijden-onder-invloeddelict.
Effectiviteit
De kans dat iemand binnen twee jaar opnieuw wordt aangehouden voor rijden onder invloed is bij een deelnemer aan het onderzoek alcohol 7 procent. Dit is 4 procentpunt lager dan bij iemand die geen onderzoek alcohol opgelegd heeft gekregen. Wanneer een deelnemer aan het onderzoek alcohol ongeschikt wordt bevonden en het rijbewijs wordt ongeldig verklaard dan ligt de kans op recidive zelfs 6 procentpunt lager. Van deze dadergroep pleegt toch nog 6 procent binnen twee jaar opnieuw een rijden-onder-invloeddelict waarop een veroordeling volgt. Dat is opvallend omdat het rijbewijs van deze groep is afgenomen en zij niet meer aan het (gemotoriseerde) verkeer mogen deelnemen.
Achtergrondkenmerken
Vooral mannen (89 procent) kregen in 2015 een onderzoek alcohol opgelegd. Gemiddeld zijn zij 37 jaar oud. Een meerderheid (56 procent) is al eerder veroordeeld geweest voor het rijden onder invloed. Van degenen voor wie het onderzoek alcohol een uitslag opleverde werd in 2015 20 procent geschikt bevonden om veilig aan het verkeer deel te nemen; 80 procent werd ongeschikt geacht. Personen voor wie de uitslag van het onderzoek ‘geschikt’ is zijn vaker jonge, beginnende bestuurders dan personen die ongeschikt werden bevonden. Daarnaast is hun justitiële voorgeschiedenis minder omvangrijk. Dat geldt niet alleen voor eerdere strafzaken met een rijden-onder-invloeddelict, maar ook voor eerdere strafzaken met een verkeersdelict of als alle eerdere strafzaken worden geteld.