Handhaving coronaregels geëvalueerd
In de periode van maart tot en met november 2020 gaat de intensiteit van de handhaving van de coronagedragsregels min of meer gelijk op met de zwaarte van die regels. Wel ervaren handhavers tegen het einde van deze periode een daling van de naleving door burgers en ook meer weerstand tegen handhavers. Deze weerstand lijkt echter geen verband te houden met de manier waarop is gehandhaafd. Over de gehele periode hebben burgers waardering voor de wijze waarop handhavers hun werk doen; ook burgers die zijn gewaarschuwd of bekeurd. Dit blijkt uit onderzoek dat in opdracht van het WODC is uitgevoerd door I&O Research.
Het juridisch kader voor de handhaving van coronagedragsregels werd in de periode van half maart tot en met november 2020 gevormd door noodverordeningen. Deze gingen vergezeld van een beleidslijn voor de handhaving van de verbodsbepalingen. De handhaving op de naleving van coronagedragsregels is uitgevoerd door de politie en door boa’s.
De landelijke beleidslijnen rond handhaving van coronagedragsregels vinden stapsgewijs hun weg naar de handhaving op straat. Politie, gemeenten en andere instanties die handhavend dienen op te treden, werden doorgaans niet van tevoren geïnformeerd. In de periodes kort na de aankondiging van nieuwe maatregelen is er nog geen juridisch kader en kunnen agenten en boa’s nog niet bekeuren, maar overtreders wel vermanend toespreken.
Uitvoering handhaving
Gedurende de eerste lockdown in 2020 werden de meeste waarschuwingen en bekeuringen uitgedeeld. De periode van versoepeling van de gedragsregels is goed terug te zien in het zeer beperkt aantal waarschuwingen en bekeuringen in de periode van juni tot en met begin september 2020. In periode daarna loopt het aantal waarschuwingen en bekeuringen geleidelijk op, min of meer gelijk met de steeds strengere maatregelen. In de laatste twee weken van november is er een daling in het aantal bekeuringen en waarschuwingen. In deze weken waren er lichte versoepelingen. In de periode van maart tot en met november 2020 werden de meeste bekeuringen en waarschuwingen uitgedeeld aan jongvolwassenen (18 tot en met 22 jaar), gevolgd door de leeftijdsgroep 23 tot en met 27 jaar. Bij minderjarigen werden naar verhouding meer waarschuwingen uitgedeeld dan bekeuringen.
Beleving handhavers
Het grootste deel van de handhavers vond dat de coronagedragsregels goed toepasbaar waren in het eigen werkgebied en dat de manier waarop men moest omgaan met de coronagedragsregels duidelijk was. Voor bijna zes op de tien handhavers was het echter niet op elk moment duidelijk welke gedragsregels er waren. Handhavers stellen dat er doorlopend sprake was van veranderende gedragsregels, dat de handhavingsinstructie niet altijd synchroon liep met de bekendmaking van de regels en dat de instructies niet altijd duidelijk waren.
Beleving burgers
Een ruime meerderheid van de Nederlanders ziet het nut en de noodzaak in van de coronagedragsregels en vindt dat handhaving een goed middel is om ervoor te zorgen dat men de regels beter naleeft. Ook staat de helft achter strengere handhaving van de coronagedragsregels en hebben zij niet het idee dat de gedragsregels het leven van de burger moeilijker maken. Voor acht op de tien Nederlanders was het op elk moment duidelijk welke coronagedragsregels er waren en op welk gedrag zij konden worden aangesproken door handhavers. Driekwart van alle Nederlanders heeft veel waardering voor het optreden van de handhavers.